Doorhaling inschrijving BIG-register verpleegkundige vanwege seksueel grensoverschrijdend gedrag tijdens en direct na behandelrelatie
Amsterdam – De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) heeft een klacht ingediend tegen de verpleegkundige vanwege het aangaan van persoonlijk en intiem contact tijdens en direct na de behandelrelatie met twee cliënten. Het college verklaart de klacht gegrond en oordeelt dat de verpleegkundige zijn beroep niet meer mag uitoefenen.
Reden klachten
De GGZ-instelling waar de verpleegkundige werkte, heeft bij de IGJ melding gemaakt van geweld in de zorgrelatie naar twee cliënten en een melding dat de verpleegkundige ontslagen is wegens disfunctioneren, nadat hij met twee cliënten een persoonlijke en intieme relatie is aangegaan waarin seksueel getinte contacten plaatsvonden. Via Snapchat zijn verschillende keren naaktfoto’s uitgewisseld en zijn seksuele handelingen verricht tijdens het videobellen. Met één van de cliënten heeft daarnaast na het beëindigen van de behandelrelatie een tweetal persoonlijke ontmoetingen plaatsgevonden.
Standpunt verpleegkundige
De verpleegkundige geeft toe dat hij professionele grenzen heeft overschreden en heeft aangegeven veel schaamte en berouw te ervaren. Hij heeft verschillende stappen gezet om te voorkomen dat hij in een soortgelijke situatie terecht zou komen, waaronder psycho-pastorale hulpverlening. Inmiddels heeft de verpleegkundige een baan geaccepteerd buiten de gezondheidszorg. Hij verwacht niet meer als verpleegkundige aan de slag te (willen) gaan.
Oordeel tuchtcollege
Vast staat dat de verpleegkundige tijdens of direct na de behandelrelatie, via social media persoonlijk en intiem contact is aangegaan met twee cliënten. Het contact werd na verloop van tijd seksueel van aard. Via Snapchat zijn verschillende keren naaktfoto’s uitgewisseld en zijn seksuele handelingen verricht tijdens het videobellen. Met een van de cliënten heeft daarnaast kort na het beëindigen van de behandelrelatie een tweetal persoonlijke ontmoetingen plaatsgevonden. Hiermee heeft de verpleegkundige in strijd gehandeld met de voor hem geldende beroepsnormen en daarmee de grenzen van een redelijk bekwame beroepsuitoefening ernstig overschreden. Een intieme (seksuele) relatie met cliënten is vooral niet toegestaan, omdat in een dergelijke relatie sprake is van een ongelijkwaardige verhouding waarin de cliënten zich in een afhankelijke kwetsbare positie bevinden. Daarnaast waren de betrokken cliënten extra kwetsbaar door de precaire gezondheidstoestand waarin zij zich bevonden als gevolg van een detoxificatie en hun verleden van seksueel trauma. Het college verklaart de klacht gegrond.
Opgelegde maatregel
Het college legt de verpleegkundige de maatregel op van doorhaling van zijn inschrijving in het BIG-register. Bij de keuze van de maatregel staat de preventieve werking binnen de zorg voorop. De verpleegkundige heeft aangekondigd na maart 2024 werkzaam te zullen zijn buiten de gezondheidszorg. Dat brengt volgens het college met zich mee dat het opleggen van de maatregel van schorsing onvoldoende preventieve werking heeft. De verpleegkundige zou dan namelijk na afloop van de schorsing weer aan de slag kunnen als verpleegkundige zonder dat het college daaraan bijzondere voorwaarden kan koppelen. De verpleegkundige heeft weliswaar een baan buiten de gezondheidszorg gezocht en gevonden, maar er kan niet worden uitgesloten dat hij op een later moment toch weer besluit als verpleegkundige aan de slag te gaan. Gelet op de ernst van de gedragingen is dat volgens het college onwenselijk. Het college acht het dan ook passend en geboden om de maatregel van doorhaling uit het BIG-register op te leggen.
De volledige uitspraak zal worden gepubliceerd op www.tuchtrecht.nl en tijdelijk op www.tuchtcollege-gezondheidszorg.nl