Jaarverslag over 2023 gepubliceerd

Het jaarverslag 2023 verschijnt als online magazine, inclusief een gedetailleerd cijferoverzicht. In het magazine legt een lid-beroepsgenoot van een regionaal tuchtcollege uit waarom hij voor die functie heeft gekozen en reflecteert hij op zijn ervaringen. Daarnaast vertellen twee secretarissen van de tuchtcolleges hoe zij met presentaties proberen aankomende zorgverleners en juristen meer inzicht te geven in hoe het tuchtrecht werkt. Zo willen zij de tuchtcolleges ook een menselijk gezicht geven.

Hoofdthema beeldvorming

Jenneke Rowel-van der Linde neemt per 1 mei 2024 afscheid als voorzitter van het Centraal Tuchtcollege. In haar voorwoord bij het jaarverslag gaat ze in op de beeldvorming rond het tuchtrecht. Bij zorgverleners bestaat de gedachte dat je uit je vak wordt gezet als je een tuchtklacht krijgt. Dat dit een onjuist beeld is, geeft Jenneke Rowel aan, blijkt wel uit de gepubliceerde cijfers: in nog geen 4% van de afgehandelde klachten is een beroepsbeperkende maatregel opgelegd. Wat wel klopt is de veronderstelling dat een tuchtzaak vaak lang duurt. Ook dit is in de cijfers te lezen. Om op een snelle manier meer inzicht te krijgen in het tuchtrecht, is in haar voorwoord de mogelijkheid opgenomen om digitaal door te klikken naar een aantal specifieke tuchtuitspraken. Jenneke Rowel wordt opgevolgd door Jonneke Oosting.

De observatie van Geert van der Sluis, lid-beroepsgenoot fysiotherapie, is dat er in de tuchtklachtprocedure veel meer ruimte is om naar de menselijke context te kijken dan hij vooraf had gedacht. Eerder had hij meer de associatie met het strafrecht, ook door het soort tuchtzaken dat voorbij komt in de media. Esmée van der Linde, secretaris bij het CTG, vertelt dat veel mensen niet weten dat de bemensing tijdens de behandeling van een zaak (ook) bestaat uit vakgenoten. Bij presentaties komt soms naar voren dat ook studenten denken dat het tuchtrecht strafrecht is. Martine Moeke, secretaris bij RTG Zwolle: “We gaan dan in op de maatregelen die een tuchtcollege op kan leggen en geven ook aan dat een klacht niet meteen wil zeggen dat je iets niet goed hebt gedaan.”

Gedetailleerde jaarcijfers
Dit jaarverslag geeft gedetailleerde jaarcijfers. De cijfers worden onder andere uitgesplitst per beroepsgroep.
Het aantal binnengekomen klachten is in 2023 iets hoger dan in 2022, maar is nog steeds in lijn met de dalende trend in vergelijking met de jaren voor 2019.

In 2023 zijn 1030 klachten binnengekomen bij de regionale tuchtcolleges en er werden 1004 klachten afgehandeld. De gemiddelde doorlooptijd was 244 dagen, iets hoger dan in 2022. Van de afgehandelde klachten is 30% op zitting gekomen, 45% is na vooronderzoek verwezen naar de raadkamer. 25% van de zaken is geëindigd met een voorzittersbeslissing (248), waarvan 104 niet-ontvankelijkverklaringen vanwege niet betaald griffierecht. Dat betekent dat de klacht niet in behandeling is genomen.
Bij het Centraal Tuchtcollege zijn in hoger beroep 265 zaken ingekomen en 252 zaken behandeld. De doorlooptijd is gedaald naar gemiddeld 254 dagen.

Van de uiteindelijk 177 na zitting gewezen beslissingen bleef in 148 zaken (84%) de beslissing van het RTG in stand. Daarin zijn 14 zaken begrepen waarin het CTG het beroep niet-ontvankelijk verklaarde. 27 beslissingen van RTG’s werden vernietigd (15%), in één beroep werd de behandeling gestaakt en één zaak is terugverwezen naar een RTG.

De tuchtcolleges
De Tuchtcolleges voor de Gezondheidszorg behandelen klachten over het handelen van individuele zorgverleners. Het tuchtrecht is bedoeld om de kwaliteit in de gezondheidszorg op niveau te houden. Er zijn drie regionale tuchtcolleges, in Amsterdam, Den Bosch en Zwolle. Het Centraal Tuchtcollege in Den Haag behandelt zaken in beroep.